Methode ‘De Draad’ In het speciaal onderwijs

De emotionele ontwikkeling is een voorwaarde voor de sociale ontwikkeling. Wanneer de emotionele ontwikkeling gekwetst is, heeft dit meestal ernstige consequenties voor de sociale ontwikkeling. Als iemand het vermogen niet heeft ontwikkeld om de duidelijk omschreven regels van de relatie tussen ouder en kind te begrijpen, is het bijna onmogelijk om hem de relaties tussen leeftijdgenoten te leren. Dan moet je telkens weer opnieuw trachten een draad op te bouwen.

In het begeleiden van leerlingen met een verstandelijke beperking moet je volgens Gerrit Vignero rekening houden met de emotionele, relationele en sociale ontwikkeling. Dankzij het werk van onder andere Anton Došen en Jacques Heijkoop is gebleken dat werken met thema’s uit de ontwikkelingspsychologie nieuwe inspiratie kan geven voor nieuwe omgangsvormen met leerlingen met moeilijk begrijpbaar gedrag.

Het model van de draad wil die thema’s uit de ontwikkelingspsychologie concreet en bruikbaar maken voor leerkrachten in het speciaal onderwijs en andere professionals om de overstap te maken van ‘wat kan ik weten’ naar ‘wat kan ik doen’. Hoe zit deze leerling op het gebied van emotionele, relationele en sociale ontwikkeling in elkaar en wat betekent dat voor de ondersteuning die de leerling nodig heeft. In de methode ‘de draad’ worden de bouwstenen uitgewerkt die de basis zijn van hoe een leerling functioneert.

In de studiedag zal je leren om het verhaal van de leerling te maken aan de hand van een reeks stappen. Met het praktische handboek “ontwarring en ordening van de draad” kan je na afloop van de studiedag zelf aan de slag met de draad. Het handboek is een hulpmiddel bij het schrijven van het verbindend verhaal tussen leerling en leerkracht. Dit verbindend verhaal is te gebruiken als handelingsplan bij de bespreking van cliënten en voor het zoeken naar antwoorden bij moeilijk gedrag en in vastlopende situaties.